Rouwproces na je coming out.

Na mijn coming out in 2014 waren de eerste maanden euforisch. Ik was zó blij met mijn vrijheid. Niet meer doen alsof, maar echt mezelf kunnen zijn. Vrij snel werd ik voor het eerst verliefd op een man – maar dat eindigde in een afwijzing. Een afwijzing die zeer deed maar waar ik hem tot op de dag van vandaag dankbaar voor ben. Dat moet ik misschien uitleggen. Als hij en ik in een relatie waren beland dan had ik mijn rouwproces uitgesteld, weggestopt maar had dat proces onbewust wel meegenomen onze relatie in. En dat is niet zo’n goed begin voor een prille relatie. Het rouwproces had zich uiteindelijk gemeld en dan had ik mogelijk niet geweten waar dit nare gevoel vandaan kwam. Mijn zoektocht was er moeilijker door geworden. Nu kwam ik mede door deze afwijzing in mijn rouwproces terecht. Ik wist nu eigenlijk meteen waar het merendeel van dit verdriet en de boosheid vandaan kwam. Namelijk ruim twintig jaar niet mezelf kunnen zijn en knokken tegen wie ik wel was. Namelijk de homo die ik zó niet wilde zijn. Nu ik dit wist kon ik aan het werk met mezelf en mezelf echt accepteren en de trotse homo worden die ik nu ben.

Maar hoe werkt nou zo’n rouwproces. Het werkt eigenlijk niet anders dan bij welk rouwproces ook. Ik leg het je uit.

Ontkenning.

In deze fase van rouw bescherm je jezelf door de waarheid af te wijzen. Je wil nog niet geloven dat je toch echt op mannen valt. Je kan de realiteit nog niet onder ogen zien. Niet omdat je het niet wil zien, maar omdat het voor jou nog te groot en overweldigend is. Er gaat ook veel veranderen in je leven nu je erachter bent gekomen dat je op mannen valt. Door de realiteit niet volledig te zien is het voor jou behapbaar. Laat je de realiteit gedoseerd toe. Steeds een beetje. Hiervoor is geen tijdlijn te geven – het overkomt je.

Protest of boosheid.

Deze fase weet ik nog zó goed. Ik was heel boos. Waarom kon mijn leven nou eens niet gewoon normaal zijn. Waarom moest bij mij alles anders. Ik was boos op mijn omgeving, en op de man in kwestie (volledig onterecht). In deze fase hoeft de boosheid die je voelt niet logisch of terecht te zijn. Dat had ik eerder willen weten, schrijf ik nu met een grote glimlach om mijn mond. Want ik was boos, strijdvaardig en woedend soms. En vaak onterecht of onlogisch. Waarom ik? Waarom lijkt het voor iedereen zo makkelijk te gaan en voor mij niet? Waarom was ik niet gewoon hetero, zoals iedereen in mijn omgeving? En bij mij kwamen (eindelijk) mijn tranen los. Ik heb al de jaren ervoor niet kunnen huilen. Geef ook deze de ruimte.

Onderhandelen en vechten.

In deze fase probeer je te onderhandelen of ga je in de vechtstand. Vaak ligt hier een vorm van schuld onder.  Je voelt je schuldig naar je vrouw en/of kinderen of je omgeving. Want ook voor hen verandert er veel. Je vraagt je mogelijk af ‘stel nou dat ik niet verliefd was geworden op die ene man’ of ‘had ik het niet nog een keer moeten proberen om deze gevoelens weg te drukken, het is mij toch al eerder gelukt’. Tot het moment dat jij je realiseert dat je in elke vezel van je lijf die mooie lieve homoman bent. En dat dat je gelukkig maakt. Dat je jezelf bent. Een mooier cadeau kan je jezelf én je omgeving niet geven!

Verdriet en depressie.

Zoals ik al schreef kwamen bij mij ook de tranen los. Het verdriet dat ik zo lang opgekropt had. Bang voor wat er komen zou omdat niemand mij kon vertellen wat er allemaal zou veranderen voor mij. Hoe mijn leven er nu uit zou komen te zien. Het plaatje dat ik jaren voor ogen had, huisje-boompje-beestje, was voor mij niet meer weggelegd. Momenten van niet meer weten wat te doen. Gevoelens van schaamte en spijt. Schaamte naar mijn ouders, zij werden nu ‘regenboog ouders’. Daar schaamde ik mij voor dat ik ze dat aandeed. Ondanks dat ze altijd hele trotse regenboog ouders zijn geweest. Spijt naar mezelf, had ik niet eerder uit de kast kunnen komen zoals mij dat gezegd werd. Ik omarmde uiteindelijk mijn anders zijn. Het aanvaarden kon beginnen.

Aanvaarding.

Het aanvaarden dat ik op mannen val ging de eerste maanden na mijn coming out heel goed. Trots op mijn homo zijn. Op het moment dat ik afgewezen werd ging bij mij de beerput los. Het verdriet van al die jaren niet mezelf kunnen zijn, het vechten tegen vooral mezelf. Het verlies van het plaatje dat ik zolang nagestreefd had. Nadat ik kon aanvaarden dat dit voor mij niet weggelegd was. Mijn leven zou er anders uit gaan zien dan het standaard plaatje. Ik begon mijn andere plaatje te accepteren. En mijn verdriet kon er eindelijk uit. Ik begon steeds vaker mijzelf te zien als die mooie lieve homo die ik ben zoals ik dat in de eerste maanden na mijn coming out al deed maar nu ontdaan van de ballast. De beerput had ik opgeruimd. Ik ga verder met mijn nieuwe leven. Mijn passende  homo leven en dat is goed, heel goed.

Rouw hoort erbij.

Je bent erachter gekomen wie je echt bent. En dat is fantastisch. Het is zo’n gevoel van thuis komen….Het zó fijn om dit te ontdekken. Ook rouw hoort hierbij.

De rouw begint eigenlijk al bij het moment dat je twijfels krijgt of je niet op mannen valt. Dan begint het proces al te lopen. Rouw is voor iedereen anders. Dat geldt voor de mate van rouw waar je doorgaat maar ook voor de fases. De fases van rouw zijn geen rechtlijnige opeenvolging maar lijken meer op een doolhof. Je kan heen en weer gaan tussen de fases. Neem hier de tijd voor. Geef tijd de tijd en gevoel de ruimte.